Wie kan beter vertellen over het leven van een Leesjury-lid dan de juryleden zelf? We gingen langs bij Josse Hoffman en zijn zusje Ida. Josse doet mee met de Leesjury bij Utopia in Aalst.
Er hangt een meisje van negen jaar in de deuropening. Hangt, ja, twee meter hoog. Ze zette haar linkerbeen eerst tegen de linkerkant van de deurlijst, deed hetzelfde aan de rechterkant, en hees zichzelf beetje bij beetje omhoog, tot de nok van het deurgat: ‘Zo doe je dat als een ninja!’, zegt Ida (9), waarna ze haar benen losmaakt en keurig op haar voeten landt. ‘Ze is ooit op een matras de trap naar beneden gegleden en keihard gevallen!’, zegt haar broer Josse (11). Ida lacht -‘Maar ik moest van jou!’- en gaat aan tafel zitten. Daar liggen haar lievelingsboeken klaar. Boeken met telkens hetzelfde hoofdpersonage op de cover: Ninja Kid.
‘Ik heb dat klimmen van hem geleerd’, zegt Ida. Hem, dat is Nelson Kramer, de jongen om wie het draait in de serie jeugdboeken van de Vietnamees-Australische schrijver Ahn Do. De boeken zijn Ida op het lijf geschreven. Geef het meisje een blauwrode cape, schilder een ’S’ op de borst en ze vliegt met de vuist vooruit door de tuin. ‘Ninja Kid gaat over een jongetje dat op zijn tiende verjaardag van zijn oma te horen krijgt dat hij een ninja is. En dat hij de wereld moet redden!’, zegt ze. ‘Zijn oma toont hem ook allerlei uitvindingen die hem daarbij kunnen helpen. Geen magie of zo, dat is voor tovenaars, maar Ninja Kid kan hoog springen en hij heeft een speciale rugzak, een jetpack, waarmee hij kan vliegen. Ik zou zelf ook graag een ninja zijn!’
“Luisteren is voor mij eigenlijk leuker dan lezen, dan ben ik minder snel afgeleid. En ’s avonds, als ik moe ben, is luisteren ook minder lastig. Luisteren is toch ook een beetje lezen hé? Het gaat om hetzelfde verhaal.”
Josse, Ida’s oudere broer, leest niet over superhelden. Hij zit aan de andere kant van de tafel, klapt het boek open waar hij voor de Leesjury nu in bezig is: Mijn jaar in een tent van de Nederlandse Tinny Fisscher.
‘Leuk boek’, zegt Josse, die naar de cover staart. ‘Met heel mooie tekeningen, wat ik belangrijk vind. Al lezend probeer ik me in te beelden hoe dat moet zijn, een jaar in een tent, maar als ik naar het boek luister, via de Luisterpuntbibliotheek, dan kan ik me dat veel gemakkelijker voorstellen. Luisteren is voor mij eigenlijk leuker dan lezen, dan ben ik minder snel afgeleid. En ’s avonds, als ik moe ben, is luisteren ook minder lastig. Luisteren is toch ook een beetje lezen hé? Het gaat om hetzelfde verhaal.’
Annelies, de mama van Josse en Ida, springt even in: ‘Onze kinderen hebben last van dyslexie. Een paar jaar geleden had Josse een leesachterstand op school. Toen de diagnose werd gesteld, viel er een last van hem af. Die maakte duidelijk dat het niet aan zijn intelligentie ligt, ook niet aan een gebrek aan inspanningen of wat dan ook. Sindsdien neemt hij veel sneller een boek vast, of luistert naar het verhaal via de Luisterpuntbib, waarvoor ik zelf ook verhalen inspreek.’
Josse: ‘Soms lig ik ’s avonds samen met Ida naar mama te luisteren in bed.’
Ida: ‘Ja, dat is super leuk! Tijdens het luisteren ligt het boek ook op onze schoot, en lezen we mee.’
Waarna Ida en Josse verdwijnen met een ballon die in de woonkamer stuitert, zich terugtrekken in de gang, er een luide knal weerklinkt en Ida haar hoofd door het deurgat steekt: ‘Ik heb niks gedaan hoor!’
Iedereen die wil, kan meedoen met de Leesjury. Ook als lezen niet zo vlot gaat. Samen met Luisterpunt zorgen we er voor dat alle boeken vanaf groep 2 ook als Daisy-luisterboek, als grootletterboek en in braille beschikbaar zijn.
Door Matthias M.R. Declercq